Leerlingenzorg: onderwijs op maat
Een kind is nieuwsgierig, leergierig en van nature met de drang om te weten. Vanuit zichzelf wordt het gemotiveerd om zich te ontwikkelen, om te leren. Daarnaast zijn kinderen voor nagenoeg alles enthousiast te maken, als het maar op een juiste manier gebracht wordt en de instructie aangepast is aan de mogelijkheden van de leerling. Het is de taak van onze school om hier zo adequaat mogelijk op te reageren, de juiste materialen en de juiste omgeving aan te bieden. Met andere woorden: "Leren is afstemmen". Op die manier kunnen kinderen zich zo optimaal mogelijk ontwikkelen.
Het leerlingvolgsysteem
Om het ontwikkelingsproces van ieder kind goed te kunnen volgen worden leerlingen regelmatig geobserveerd en gevolgd door de toetsen van CITO. De eerste 2 jaren worden kinderen vooral geobserveerd tijdens het spel, werken en groepsactiviteiten. De leerkrachten hebben, om objectief te kunnen oordelen, een kleuterobservatiesysteem (Mijn Kleutergroep) tot hun beschikking.
In de groepen 3 t/m 8 wordt de ontwikkeling van de kinderen bijgehouden door observaties, beoordeling van gemaakt werk en toetsen. Behalve toetsen die horen bij de methoden die we op school gebruiken, nemen we ook methode onafhankelijke toetsen af van CITO. In groep 8 maken de leerlingen de eindtoets van IEP.
De toetsgegevens worden zorgvuldig geregistreerd, zowel per kind als per groep. Deze gegevens stellen ons in staat het gegeven onderwijs kritisch te volgen. Toetsen zijn namelijk niet alleen bedoeld om kinderen te beoordelen maar ook om waar nodig onze werkwijze bij te stellen. Deze gegevens worden minimaal twee keer per jaar met de intern begeleider besproken. Zo ontstaat een duidelijk beeld van de kinderen individueel en van de groep.
Verslaglegging en rapportage
Ouders van nieuwe leerlingen worden, als hun kind een aantal weken op school is uitgenodigd voor een entreegesprek. Het is de bedoeling om bijzonderheden van het kind, die voor het onderwijs van belang zijn, te bespreken.
Vanaf groep 3 krijgen alle ouders 2 keer per jaar een rapportverslag over de vorderingen van hun kind en volgt er een oudergesprek. Vanaf groep 4 noemen wij het een ouder-kind gesprek en zijn ook de leerlingen bij het gesprek.
In september worden er ook nog startgesprekken gevoerd met als doel elkaar beter te leren kennen. In dit gesprek kunnen u en uw kind aangeven wat belangrijk is voor de leerkracht om te weten en waar het kind aan wil werken gedurende het schooljaar.
Speciale zorg
Kleine verschillen tussen leerlingen worden opgevangen in de leermethoden. Zo krijgen kinderen die dat nodig hebben herhalingstaken en andere kinderen verrijkingstaken. Het kan zijn dat de in de methode aangeboden differentiatie niet voldoende is. In dat geval wordt speciale hulp geboden door de leerkrachten.
Zij stellen een begeleidingsplan op dat in de klas wordt uitgevoerd. Ouders worden hiervan op de hoogte gesteld. Wij streven ernaar dat kinderen in de klas de extra aandacht krijgen die ze nodig hebben.
Op De Beemden is een intern begeleider aangesteld; zij zorgt voor de ondersteuning van leerkrachten zodat zij het bovenstaande ook kunnen uitvoeren. Ook begeleidt zij de leerlingbesprekingen, beheert de orthotheek, bewaakt de toetskalender, analyseert de toetsgegevens en bemiddelt bij verwijzing naar hulpverlenende instanties. Soms is het nodig dat iemand van buiten de school wordt ingeschakeld, zoals Giralis (centrum voor onderwijsinnovatie), GGD, logopedisten enz. Als er contact nodig is over een kind met een van deze instanties dan gebeurt dat altijd in overleg met ouders.
Het kan voorkomen dat ouders en school samen van mening zijn dat een extra leerjaar gunstig zal zijn voor een kind, omdat het zich dan beter zal ontwikkelen.
Versnellen kan ook; leerlingen verwerken de leerstof dan vlugger dan de gemiddelde leerling. In het geval van versnellen of een extra jaar proberen wij met ouders tot overeenstemming te komen. Als dat niet lukt, beslist de school.
Speciaal basisonderwijs
Soms is het niet mogelijk kinderen voldoende te begeleiden in hun ontwikkeling binnen het gewone basisonderwijs. Het kan dan nodig zijn het kind door te verwijzen naar een school voor speciaal basisonderwijs (SBO). Dit is een school waar kinderen speciale begeleiding krijgen in kleinere groepjes. Aan een aanvraag voor verwijzing gaat altijd een proces vooraf van: signaleren, toetsen, onderzoeken, gesprekken enz. Een verwijzing naar deze school wordt natuurlijk gedaan in overleg met ouders. Het zijn ook de ouders die de aanvraag moeten indienen.
Voortgezet onderwijs
Na het basisonderwijs gaan de leerlingen naar het voortgezet onderwijs. Het is onze taak om ouders en leerlingen daar bij te helpen. Wij streven ernaar dat het in de loop van de jaren duidelijk wordt welk schooltype het beste bij het kind past. Het moet niet zo zijn dat ouders verrast worden in het laatste schooljaar. Daarom krijgen ouders vanaf groep 5, tijdens het tweede rapportgesprek, de gelegenheid een uitdraai van het leerlingvolgsysteem (overzicht van methode onafhankelijke toetsen) te bekijken. Met behulp van het leerlingvolgsysteem (toetsenoverzicht van school), de Entreetoets, de Citotoets en de ervaringen van de leerkrachten komt de school tot een schooladvies. In januari van het jaar dat uw kind naar het voortgezet onderwijs zal gaan, zijn er open dagen op alle scholen in Boxtel en omstreken. Die open dagen zijn altijd in het weekend, zodat ouders in de gelegenheid zijn de scholen te bezoeken. Het kan overigens heel goed zijn om al in groep 7 naar de open dagen te gaan.
In groep 8 volgt het advies. Ouders beslissen samen met hun kind en melden zich hierna aan bij de school van hun keuze.